De Joden vergeleken Jezus met Mozes die het volk manna gaf in de woestijn. Mozes gaf brood en dat accepteerden ze. Jezus gaf brood en dat was ook goed. Maar Hij zei: Ik ben het Brood en dat accepteerden ze niet!
Kenmerken van brood zijn:

- niet aantrekkelijk om naar te kijken: de Heere zag er waarschijnlijk veel ouder uit dan Hij was, Hij was vermoeid, omdat Hij altijd klaar stond voor de mensen.
- Brood is basisvoedsel: je kan niet zonder de Heere Jezus.
- Brood geeft je kracht: de Heere ook.
- Je kan niet voor een ander eten: je bent zelf verantwoordelijk om je te bekeren, dat kan je niet voor een ander doen. Je kan het een ander wel voorhouden.
- Brood eten begint bij honger: mensen denken na waar ze eigenlijk voor leven. Wat is je doel? Je kan je leven met veel vullen, maar alleen de Heere geeft echt voldoening.

De Joden noemden Hem rabbi, wat leraar betekent. Maar ze erkenden Hem niet als Heere. De Joden willen graag iets doen. In vers 28 vragen ze: 'Wat moeten wij doen?' Ze begrepen het niet en gingen dus weg. Bekering heeft altijd twee kanten: de menselijke kant en de goddelijke. Als mens heb je de verantwoordelijkheid om tot Hem te komen. Dan zegt de Heere tegen je: 'Wie tot Mij komt, zal ik beslist niet uitwerpen' (vs 37). Hij wil je eeuwig leven geven! De andere kant staat ook in vers 37: 'Alles wat de Vader Mij geeft, zal tot Mij komen.' Ook vers 44 gaat hierover: 'Niemand kan tot Mij komen, tenzij de Vader, Die Mij gezonden heeft, hem trekt.' Dit is niet bedoeld om passief te blijven, maar het is een blik achter de schermen. Als je bekeert bent en je kijkt terug, dan zul je altijd tot erkenning komen dat het Gods werk geweest is in je leven.

'Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed drinkt...' vers 54. Cruciaal in het geloof is de erkenning dat de Heere Zijn leven heeft gegeven voor jou. Je moet geloven dat Hij voor jou is gestorven. God zegt dan dat Hij je zal opwekken op de laatste dag. Dit is iets wat je niet zelf kan, dat zal een wonder van God zijn. Net zo'n wonder is het als God van je stenen hart een vlezen hart maakt.